Inrijden
Na vervanging worden remblokken en -schijven op de weg getest.
Het inrijden gebeurt over een afstand van circa 300 km. Hierbij dient te worden gecontroleerd of er geen vibraties of geluiden van de remmen komen, zowel tijdens het rijden als ook tijdens het remmen.
De actie dient effectief te zijn voor wat betreft de remming en er dienen korte, zachte remmingen te worden uitgevoerd om een correcte uitlijning van de oppervlakken van de remblokken die contact maken met de schijf tot stand te brengen.
Bruuske en heftige remmingen kunnen leiden tot oververhitting van het frictiemateriaal van de remblokken en -schijf, hetgeen de integriteit en prestaties van de rem nadelig kunnen beïnvloeden.